Marineterrein Amsterdam

Een onafhankelijk blog van een Kattenburger over de herontwikkeling van het Marineterrein Amsterdam. Van een gesloten enclave naar een plek voor iedereen. Blog Marineterrein gaat door als marinekwartier.com

maandag 29 juni 2015

Picknicktafels geplaatst op Marineterrein

Zoals beloofd zijn er op het Marineterrein kort geleden verschillende picknicktafels geplaatst.
De grote blauwe tafels en banken passen mooi in de omgeving. De komende week is het weer in ieder geval goed genoeg om er gebruik van te maken.



Fontein van Arthur Spronken jarenlang verstopt op Marineterrein

In het zeer interessante boekwerk "Van werf tot facilitair complex - 350 jaar marinegeschiedenis op Kattenburg" van Alan Lemmers vond ik uiteindelijk de naam van de maker van de fontein op de Voorwerf: Arthur Spronken. Het bleek dat ik z'n werk al eens eerder was tegengekomen. Zijn paardentorso's staan namelijk door heel het land. 
Twee werken van Spronken die raakvlakken hebben met de fontein op het Marineterrein zijn de 'boegbeelden' in Maastricht en Zwijndrecht. Beide beelden tonen vrouwenfiguren op een soort paardentorso met been. Bij de fontein lijken de paarden doorgezet waarbij hun hoofden(?) de bol in het midden ondersteunen. De lokken van de vrouwenfiguren zijn verlengt, waaruit vervolgens water op de bol spuit. Zo ontstaat een cirkel van water om de hoofden heen.
De regionale Limburgse omroep L1 maakte in 2012 een documentaire over Spronken. Hieronder een deel van het inleidende artikel op de website van L1 en een link naar de documentaire zelf.




"Wie het huis van Arthur Spronken wil bezoeken moet een heuvel oprijden. Eenmaal boven aangekomen, midden in een sprookjesachtig landschap, lijkt men in een andere wereld te stappen. Een prachtige zelfgebouwde villa wordt omringd door enorme zuilen en beelden. Een kudde oude paarden scharrelt rustig rond. In deze verborgen wereld werkt en leeft een groot kunstenaar, die zich ook boer voelt.
Spronken borstelde als 7-jarig jongetje ieder weekeinde de paarden van een bevriende fokker. Als het regende schuilde hij onder de buiken van de kudde en hiervandaan zag hij de paarden zoals hij ze later zou maken. Enorme paardentorso's die niet rennen maar zweven; gespierde dieren die geen zwaartekracht voelen, ze zijn één brok spanning en kracht. In 1947 vertrekt Arthur naar België om te werken in een bakkerij. Elke woensdag fietst hij 70 km naar Paul Schmallbach. Deze familievriend exploiteert een steengroeve en combineert dat met beeldhouwen. Hier maakt Spronken zijn eerste beelden en Schmallbach laat hem een vrouwennaakt van Despiau zien. Dit naakt doet hem op slag beslissen: Arthur Spronken wordt beeldhouwer.
In 1954 rondt hij de Kunstnijverheidsschool af en schrijft zich in voor een beurs waarmee hij een jaar aan een kunstacademie in Italië mag studeren. Hij kiest voor Milaan. Op de Academia krijgt hij les van Marino Marini. Een Finse medestudente, Varpu, maakt Arthur de eerste dag wegwijs en de dag daarop vraagt hij haar ten huwelijk. Tijdens de opleiding trekt hij met haar door Italië. Kunstenaars als Donatello, Botticelli en Michelangelo stelen zijn hart, maar ook de Etruskische kunst inspireert hem. Wars van tijdsgeest en los van stromingen concentreert hij zich inmiddels al meer dan 50 jaar op de essentie van het beeld: vrouwen en paardentorso's in al hun kracht."

Klik hier voor de documentaire van Matte Mourik "Varpullan, over Arthur Spronken"




Links Boegbeeld in Maastricht, rechts in Zwijndrecht


donderdag 25 juni 2015

Kan Governors Island een voorbeeld zijn voor het Marineterrein?

Het ontwerp van West 8 voor Governors Island voor de kust van Manhattan geeft het eiland, dat jarenlang ontoegankelijk is geweest voor het publiek, een schitterende nieuwe functie. Kunst, cultuur en recreatie met een schitterend uitzicht op het Vrijheidsbeeld, Manhattan zelf en de bedrijvigheid van de havens.
Het Marineterrein en Governors Island  hebben vele overeenkomsten: een militair verleden, de nabijheid van de stad, een potentieel punt voor vergezichten, de relatief geïsoleerde positie.
Er is al vaak geopperd om het Marineterrein om te vormen tot één groot park, maar de vraag is of de politiek zo ver wil gaan. Nu de huizenmarkt weer aantrekt en de middeninkomens schreeuwen om een betaalbare plek om te wonen, zal waarschijnlijk slechts een deel van het terrein vergroend worden. Hopelijk laat men zich dan in ieder geval inspireren door wat Adriaan Geuze en zijn team van West 8 realiseren op Governors Island. Hieronder een video waarin de invulling van het park wordt getoond aan de hand van een animatie. Let vooral op de schitterende zichtlijnen die gecreëerd worden door van de gesloopte gebouwen heuvels te maken.





woensdag 24 juni 2015

Oproep: stel Adriaan Geuze aan als landschapsarchitect Marineterrein

Nu Adriaan Geuze één van dit jaars VPRO Zomergasten blijkt te zijn haak ik meteen even in met een pleidooi dat ik al eerder had willen schrijven voor het aanstellen van Geuze als ontwerper van een vernieuwd Marineterrein. Geuze heeft een schitterende staat van dienst als het gaat om het verbinden van een stedelijke met een meer landschappelijke omgeving. Zijn bureau West 8 zet zich ook in om nieuwe natuur te creëren op plekken die gebukt kunnen gaan onder verregaande verstedelijking.
Op de website van West 8 omschrijven zij dit als volgt:


Second nature
West 8 approaches the production of nature in two different - but characteristically Dutch - ways. First, we take a classic civil engineering approach for creating landscape - a logic based on utility and necessity. Second, we are part of a landscape tradition that confers identity and, therefore, understand the need for creating symbols in the production of landscape. This method envisions a new nature, a 'second nature' of constructed landscapes that respond to pragmatic demands (water management, population growth, traffic congestion) and also reinforce the culture to which they belong (identity, symbols, expression).In a departure from the old demolish and install engineering methodology, or the current preserve and protect model, we are adding and expressing new natures. The real future in today's debate about sustainability lies not in a political or philosophical dialogue about what we are protecting or how we are going to 'sustain' it, but rather how to actively create new ecologies. Creating land and then painting it: in many ways, this is the soul of Dutch culture.


Een ontwerp van West 8 dat vele raakvlakken heeft met de plek van het Marineterrein is dat voor Governors Island in New York. Dit eiland had meer dan 200 jaar een militaire functie en was sinds 1966 in gebruik door de kustwacht. In 2003 werd het overgedragen aan de stad New York waarna het nu en dan werd opgesteld voor het publiek. Recent werd besloten het eiland een permanente publieke functie te geven en Adriaan Geuze en zijn team maakten hiervoor het definitieve ontwerp.

Wie durft zich te vestigen op het Marineterrein Amsterdam?



Van de website Vastgoedjournaal:

Dat veel verhuurders op zoek zijn naar huurders is geen nieuws. Wel interessant is dat een gebouw op het Marineterrein Amsterdam getransformeerd wordt in een representatief gebouw met drie verdiepingen van elk 500 m². Op deze toplocatie – namelijk midden in Hartje centrum van de hoofdstad – worden huurders gezocht die dit aandurven.
Het Marineterrein Amsterdam is een groene enclave in Amsterdam. Hier wordt door pioniers geconcentreerd gewerkt aan vernieuwende ideeën en projecten die een bijdrage leveren aan een duurzame samenleving.
Vernieuwing, verbinding en focus zijn de kwaliteiten uit het maritieme verleden die nu worden ingezet om het Marineterrein Amsterdam stapsgewijs te ontwikkelen tot een stadskwartier dat internationaal zichtbaar is als een knooppunt voor vernieuwd werken, denken en doen.
Nieuwe manier van werken
Op het ogenblik wordt een van de gebouwen op het terrein gerenoveerd tot een representatief gebouw met drie verdiepingen van elk 500 m². Voor dit opvallende gebouw ‘op pootjes’ zoekt Bureau Marineterrein Amsterdam toonzettende, internationaal georiënteerde gebruikers die op onverwachte en inspirerende wijze invulling kunnen geven aan nieuwe manieren van werken, verbinden en cultuur.
Zulke bedrijven en organisaties, die op zoek zijn naar ruimte voor het realiseren van hun plannen en activiteiten, kunnen meedingen naar een plek voor een of meerdere verdiepingen van het gebouw door zich in te schrijven. De inschrijvingen worden onder meer beoordeeld op: aansluiting bij de waarden van het Marineterrein, uniciteit van het plan in Amsterdam en Nederland, versterking van het ecosysteem voor startups, het vermogen internationaal talent aan te trekken en verbinding met het publiek.
Tot 15 juli kunnen geïnteresseerden zich inschrijven, waarna de jury vijf kandidaten uitnodigt om een businessplan te schrijven over hun beoogde invulling van het gebouw. Voor meer informatie: jacqueline@marineterrein.nl

vrijdag 19 juni 2015

Festival Cinémanger met openluchttheater & bioscoop op Marineterrein van 9 t/m 31 juli (FESTIVAL GAAT NIET DOOR!!!)



(FESTIVAL GAAT NIET DOOR!!!)


Op de donderdag en vrijdag opent deze zomer een buiten-brasserie met openluchttheater/bioscoop in hartje Amsterdam: 

Cinémanger

In ‘’Quartier de manger’’ kun je genieten van live muziek, live cooking en een zomerse setting waar je van al je vrienden en kennissen geniet. 
Ondertussen biedt ‘’Au cinéma’’ dagelijks meerdere vermakelijke theatervoorstellingen aan. 
Wanneer het donker is maakt het theater plaats voor een openluchtbioscoop.

Quartier de manger
Vóór 17:00 gratis entree
Na 17:00 € 5,-
Live muziek
Salad bar
De pizzak*t
BBQ Grill
Loco’s day dish

Au Cinéma
Theatervoorstellingen ('s middags)
2 á 3 vermakelijke komedie- of theatervoorstellingen per dag.
Filmvoorstellingen ('s nachts)
Sonrise nodigt uit: Jonge regisseurs met hun eigen korte film gevolgd door een door hun uitgekozen klassieker.


zondag 14 juni 2015

EMERALD HARBOR - studentenontwerp voor een nieuw Marineterrein (6)

Het ontwerp van Matthew Rauch kiest voor veel woningbouw en een conferentiecentrum aan de westkant. Behalve de voorwerf verwijdert hij alle bestaande gebouwen. Eigenlijk ben ik alleen gecharmeerd van de façades langs het water. De gevels zijn hier klassiek vormgegeven met grote galerijen zoals je veel in mediterrane steden ziet. In de oude haven van Marseille heeft men tussen 1950 en 1953 naar ontwerp van Fernand Pouillon ook dergelijke nieuwbouw gepleegd. Met veel horeca en winkels in de onderdoorgangen werkt dat daar zeer goed. Je loopt daar op een warme dag heerlijk koel in de schaduw. In ons klimaat zou het bescherming tegen regen en wind kunnen bieden. Het aantrekken van goede diverse horeca en aantrekkelijke kleinere winkels (hier ontbreekt het op de Oostelijke eilanden nogal aan) zou met een dergelijk project geen probleem moeten zijn.
De ramen van de gebouwen zijn echter on-Hollands klein. Misschien is ook hier inspiratie gevonden in zuidelijkere oorden waar de zon buiten gehouden moet worden. De wens van de meeste Nederlanders om veel zonlicht in de woning toe te laten wordt hier dus genegeerd, maar met een kleine aanpassing van het ontwerp is dat zo op te lossen.
Hij plant ook nog gebouwen op de westelijke Dijksgracht. Een aanslag op het laatste charmante stukje ongeordende kade in het centrum van Amsterdam. Maar als ik het goed begrijp gaat dat binnenkort sowieso gladgestreken worden door de gemeente.



Emerald Harbor Amsterdam
Student: Matthew Rauch

Despite the Marine Etablissement’s historic importance and prominent location within
the city of Amsterdam, the site has remained isolated because of its use as an active
naval base. In addition to this programmatic isolation, a series of boundaries have further
separated it from the rest of the city, including the railroad tracks to the north, the
historic wall to the east, and the NEMO Science Center Museum and IJ-Tunnel to the
southwest. As a result of these large-scale infrastructural and spatial structures, the entire
central harbor district of Amsterdam has the character of a leftover space, lacking a fully
developed public realm.
This master plan for the Marine Etablissement opens new connections in all directions
from the given site, but also includes the entire central harbor district in its scope.
A network of pocket parks and pathways lining the harbor links the historic city with
newer developments to the north and east, and makes the Marine Etablissement an
integral part of the center of Amsterdam. The historic site is used as a conference center,
residential neighborhood and a public park, becoming both a local and international
destination for the city. The conference center would cater to smaller groups, for which
the RAI is unsuitable, that would be operated in conjunction with the other public
amenities (like cruise terminal, conservatorium, library, NEMO, nautical museum) and
hotels that have been built recently in the immediate surroundings of the site.










INCUBATOR TOWN - studentenontwerp voor een nieuw Marineterrein (5)

Het ontwerp van Jeayoon Gimm is het enige dat nieuwe grachten voorstelt. In dit opzicht lijkt het erg op wat er op het Java-eiland is gerealiseerd.
Ook omarmt hij de gedachte van organische groei van het nieuwe Marineterrein zoals die door de rijksoverheid en de gemeente is voorgenomen. Het vreemde is dat alle plannen dan wel weer van tevoren zijn bedacht. Maar anders was zijn ontwerp natuurlijk weer niet af geweest ;-)
Gimm laat ook de bestaande gebouwen 27D en 27E intact. Hij incorporeert ze in een groot blok door er haaks nieuwe gevels tussen te plaatsen. Als de uitvoering goed is een briljant idee. 
Verder vind ik het een vrij saai ontwerp. De twee blokken met trapsgewijze oploop van verdiepingen zijn mooi bedacht en liggen in de avond recht in de zon (mocht die schijnen natuurlijk). Maar de andere blokken zijn niet echt spannend. Hierbij drie smalle hoge flats met Bijlmer-allure. Ook het park is nogal zielloos van vorm en uitvoering. De Voorwerf wordt leeg gelaten, maar dat is dan ook alles. Er is geen duidelijke functie. Enkel wat groen.
De hoek bij het park moet een soort Startup City (Incubator Town) worden. Neelie zal er blij mee zijn.




Incubator Town
Student: Jaeyoon Gimm

This proposal for the Marine Etablissement focuses on two elements: the creation of an
Incubator and the creation of a residential neighborhood linked together by a public
green space.
The Incubator is to be a centre for new ideas and initiatives related to science and
technology and the ‘make industry’. Precedents of ateliers for the creative industry can
be found in many major cities like the Centquatre in Paris on which this Incubator space
is modeled. The residential neighborhood is a typological study of Dutch city blocks and
canal city blocks in particular. What makes these blocks so attractive and why do they
stand the test of time? The proposal incorporates many known housing typologies and
introduces a Dutch variation of an archetypical North American walk-up apartment block.
For the development of the site a detailed staging plan is made that allows an ‘organic’
development over time. Starting with the (partial) withdrawal of the Navy and the
establishment of the first phase of the Incubator in existing naval buildings, followed
by the incremental ‘takeover’ of the Etablissement by the city and the inhabitants of
Amsterdam. Within a solid framework, this strategy allows for adaptation over time and
flexibility to address ever changing market demands.


DE NEDERLAND - studentenontwerp voor een nieuw Marineterrein (4)

In het ontwerp van Matt Suen spreekt me vooral de weidsheid aan. Het park in het midden is ruim en open opgezet, maar heeft ook flink wat boompartijen die bescherming en schaduw bieden. Er ontbreekt natuurlijk wel een duidelijk fietspad, maar daar heeft geen van de studenten aan gedacht. Een klassieke fout van buitenlandse (landschaps)architecten. Denk maar aan de onwil van de Spaanse architecten van de verbouwing van het Rijksmuseum om de fietsonderdoorgang te behouden. Of het geheel ontbreken van doorgaande fietspaden bij oplevering van het vernieuwde Museumplein (naar een ontwerp van de Zweed Sven Ingvar Andersson) in 1999. Beide fouten zijn daar hersteld, en ook bij het plan van Suen zou dat waarschijnlijk wel goed zijn gekomen als het om een serieus ontwerp zou zijn gegaan.
Het strand ligt mooi aan het einde van de ruime grasvlakte waardoor het hele eiland op natuurlijke wijze overloopt in het Oosterdok. Voor zandhaters is er een stenen trap.
De bebouwing is een verhaal apart. Ik ben normaal al geen groot voorstander van historiserend bouwen, maar dit is, zoals Suen het zelf ook noemt, regelrechte kitsch. Dat dit soms heel verrassend kan werken zien we in Zaandam waar een hotel met gestapelde Zaanse huisjes is gebouwd. Maar in dit geval is het weinig origineel. De plaatsing van de bouwvolumes langs de spoorzijde vind ik wel erg goed gekozen, maar ik zou hier eerder kiezen voor een meer gevarieerde afwisseling van ontwerpen zoals bijvoorbeeld op het Java-eiland of in de Westelijke Houthavens.
De grote blokken langs de Kattenburgerstraat zijn een ware aanslag op de bebouwing aan de andere kant van de straat. Megalomane kazernebouw naar mijn mening. Laat daar gewoon het depot van het Scheepvaartmuseum en het blok van de Marechaussee staan. Naast die geplande blokken staat echter een gebouw wat me wel aanspreekt. Een soort markthal waarvan de functie niet in het ontwerp vermeld wordt, maar waarin wat mij betreft iets vergelijkbaars als De Hallen in Oud-west zou kunnen komen. Food, cultuur en overdekte evenementen. Het gebouw staat mooi in de ruimte en men kan eventuele activiteiten uitbreiden naar het park.
Al met al geen slecht ontwerp door de goede indeling van het terrein.



De Nederland
Student: Matt Suen

For centuries, the Marine Etablissement site has existed in the heart of Amsterdam as a
blank on a map. As part of national defense, its status as a secure location meant that
the public rarely ever got to see it and despite its public location, is mostly forgotten
to most Amsterdammers. Given an increasingly likely scenario of the Royal Dutch
Navy giving up the site (today mostly used for just light exercises, recruitment, and
state events), a radical new master plan would have to be proposed which would be
captivating enough to convince the public, feasible enough to entice a developer, and
sound enough to weather the politics. De Nederland takes its cues from the whole of
the Netherlands. The core idea is to give the public back the public realm. It becomes
quickly evident when looking at Holland’s famed canals that water acts as the space in
which the public engages with each other. The canal to the Dutch is the street to any
other and thus, it was intended that the original section of water (which was filled in
during the construction of the IJ-Tunnel) would be given back to the city as a public park
while the rest of the site (which had always existed as built naval base) would be used
for private development. The designed permutation here suggests that the majority of
the site be allocated to residential units of various types as economic conditions do not
favor high concentrations of retail or commercial space at that location. The image of
the Netherlands is presented as a kitsch interpretation of various Dutch artifacts from
polders, canals, and dikes to Delft porcelain houses one can buy from the many tourist
oriented gift shops which line the historic quarters of Dutch cities.



vrijdag 12 juni 2015

UNIVERSITY CITY - studentenontwerp voor een nieuw Marineterrein (3)

Dit ontwerp van Owen Howlett is totaal overbodig. Amsterdam heeft al een schitterende nieuwe campus op het Science Park in de Watergraafsmeer. Waarom hij dit wil verplaatsen is compleet onduidelijk. Nu is het natuurlijk slechts een ontwerpopdracht vanuit zijn studie aan Yale, maar waarom niet gekeken naar de behoeften van de stad, zoals veel van zijn medestudenten wel hebben gedaan?
Het strandje is wel leuk bedacht, maar dat hebben we al bij ROEST op Oostenburg. De steiger voor bootjes is zeer klein en ligt op een onhandige plek. Daarnaast sloopt ook Howlett vrijwel alles wat er nu al staat. Creatief omgaan met bestaande bebouwing is er niet bij. De nieuwe gebouwen zelf zijn weinig origineel en wederom (net als in het ontwerp van Nawratil) zeer repeterend neergezet.




University City Amsterdam
Student: Owen Howlett

University City Amsterdam is a proposal to transform the Marine Etablissement site into
an entirely new urban district for the city of Amsterdam with a world-class new university
at its core. Comprising twelve buildings and over 140,000 square meters, the new
university for applied sciences and technology would be surrounded by 115,000 square
meters of housing for city residents, students, and researchers, new shops and cafes,
and a series of public squares and parks providing much-needed outdoor recreation
and leisure space for residents of the entire city of Amsterdam. The founding of a new
university of such size in central Amsterdam would be an unprecedented investment
in the city’s future, and a use for the historic Navy Yard befitting the site’s national
significance and five-hundred-year history. Three highly distinct public spaces, the Marine
Basin (a new public beach and promenade for the city), the Etablissement Park (the
University City’s connection to Amsterdam’s Central Harbor, the Eastern Docks, and the
NEMO Science Center), and the Academic Quarter (a public square lined with research
faculty buildings, student housing, and research offices). They provide five hectares of
new public open space for the city of Amsterdam and comprise well over one third of
the total development area. The three public spaces are an organizing framework for
the plan, connecting the site with new developments on the Eastern Docks, the historic
naval arsenal building, and the city at large. The same three spaces also relate the
shops, cafes and apartments of the university city with the faculty buildings and research
facilities at the plan’s core.
The University City would be developed by the University City Corporation, a governing
board with members from city government, national government, and the newlycreated
technical university. Public streets and rights-of-way in the master plan would
be maintained by the city. All lots, including the public parks, would be managed by the
University City Corporation. Housing and commercial lots would be leased for 99 years
to development partners, the revenues from which would fund site improvements, parks,
and part of the construction costs of the University itself. This framework would produce
well-funded, programmed, and maintained public space for the city, and would allow the
public university, over the 100+ year time-frame, flexibility to expand and extend its core
mission.




PARK - studentenontwerp voor een nieuw Marineterrein (2)

Jay Tsai ziet heel goed in dat het centrum van Amsterdam eigenlijk geen enkel park van enige grootte heeft. Dit illustreert hij prachtig met een kaart van Amsterdam met daarop duidelijk uitgelicht de verschillende parken in proportie rond het centrum van de stad.
Zijn ontwerp is dan ook één groot park. En niet een vlak park, maar een complete berg (naar Nederlandse begrippen) midden in de stad! Hij gebruikt veel niveauverschillen en het park krioelt van de paadjes. Maar hoe fijn een park ook is, het ziet er mijns inziens wat rommelig en bedacht uit. Er ontbreekt structuur, en het enige object van betekenis is een soort driehoekige brug die enkel als uitkijkpunt dient. Ook staan er opvallend weinig bomen gepland. Dit gaat voorbij aan de Nederlandse parkcultuur waarin de boom centraal staat. Delen van zijn ontwerp zouden zeker inpasbaar zijn, maar er zit nu weinig leven in doordat woningbouw en andere activiteit vrijwel ontbreken. 



Park
Student: Jay Tsai

My big idea for this project was to create an iconic park for the city of Amsterdam.
But before I came upon this decision I asked myself what this site, which is the largest
parcel in the city of Amsterdam, wanted to be. One thing was certain; it should be given
back to the city and people of Amsterdam, and enrich the local area as it is a politically
sensitive site.
Having the public in mind, I began to analyze existing public amenities in the city to
tease out a solution. An immediate observation upon arrival from the train station was
how the site and area around it is disjointed. Most people head towards the UNESCO
region of Amsterdam where there are plenty of shops, restaurants, museums and other
attractions. Another observation was the great distance I needed to travel to reach
a public park. Vondelpark was over a mile away from the train station. Immediately I
realized, with the given size of the site, that a park seemed to, spatially, make the most
sense. But of course, this park couldn’t just be another park especially considering its
isolation from the city.
How do I get people there and de-isolate it? Offer something they do not have: a hill
and an icon bridge. The benefits of a hill are many as they can create an undulating
sequence of spaces that can open up vistas towards the city as well as creating,
concealing, and producing ah-ha moments in the park. An iconic bridge would be the
focal point of the design. It would perhaps be an object which would attract visitors from
a distance, and perhaps even become a symbol for the surrounding neighborhood.




woensdag 10 juni 2015

Van Hattum & Blankevoort wint aanbesteding tijdelijke Dijksgrachtbrug Marineterrein

Van de site van het Ingenieursbureau van de Gemeente Amsterdam:

In december daagde de gemeente Amsterdam de markt uit om een tijdelijke beweegbare brug over de Dijksgracht te bouwen binnen een vast budget van €1.000.000,- en ingebruikname voor eind 2015. In krap twee maanden is het contract opgesteld en gepubliceerd. De opdracht is via een meervoudig onderhandse procedure op de markt gezet. Zestien marktpartijen schreven zich in, vijf partijen zijn uitgenodigd om deel te nemen. Van Hattum & Blankevoort heeft de aanbesteding gewonnen.

De tijdelijke Dijksgrachtbrug wordt een beweegbare fiets- en voetgangersbrug die de Dijksgracht en het Marineterrein verbindt. Eeuwenlang was het terrein militair gebied en afgesloten voor het publiek. Dat verandert nu, defensie gaat het terrein grotendeels verlaten. De brug maakt een langzaam verkeersroute over het terrein mogelijk en verbindt het terrein met het netwerk van routes in de directe omgeving.
Vrijheid voor marktpartijen

Het Ingenieursbureau heeft de uitdagende opdracht, realisatie op korte termijn en met beperkt budget, op de markt gezet via een meervoudige onderhandse procedure met veel vrijheid voor marktpartijen. In oktober 2014 startte de voorbereiding, begin december is de opdracht gepubliceerd in Cobouw. Het Ingenieursbureau was blij verrast met de grote belangstelling voor dit uitdagende project. De markt reageerde heel enthousiast. Het aantal inschrijvers oversteeg alle verwachtingen, 21 marktpartijen hebben informatie opgevraagd, zestien partijen hebben zich uiteindelijk ingeschreven. Mooie reacties die het enthousiasme uit de markt symboliseren, zijn:

“Ik had echt een schriftje naast mijn bed liggen, dan bedacht ik ‘s nachts wat en dan schreef ik het direct op zodat ik het de volgende dag met de ontwerpers kon bespreken.”
“We hebben echt samen over ons terrein gelopen om te kijken wat we zouden kunnen hergebruiken.”
“Zelf ontwerpen, zelf maken en onderhouden. Daarom hebben wij hierop ingeschreven en vandaar dat het voor ons een leuke opdracht is.”

Vrijheid geven aan de markt, leidde tot optimalisaties die realisatie binnen het zeer krappe budget mogelijk maakte. Denk bijvoorbeeld aan hergebruik materialen, gebruik van ploegen die beschikbaar zijn en hergebruik van eerdere ontwerpen.


Winnaar
Uiteindelijk zijn vijf partijen geselecteerd. Op 20 februari is de winnaar bekend gemaakt, Van Hattum & Blankevoort. Het ingediende ontwerp stak er om drie redenen boven uit: 


Een uitstekend risicodossier waar voorbij de technische scope van het project is gekeken
De omgeving krijgt veel invloed op het ontwerp
Van Hattum & Blankevoort heeft de beoordelingscommissie overtuigd de uitdaging aan te kunnen om op tijd en binnen budget de brug te realiseren 


De voorbereidingen voor de realisatie van de brug zijn inmiddels in volle gang.

Opdrachtgever
Opdrachtgever voor de realisatie van de tijdelijke brug is Bureau Marineterrein Amsterdam. Dit is een zelfstandige organisatie die in opdracht van Rijk (Binnenlandse Zaken, Defensie) en de gemeente Amsterdam werkt aan de toekomst van het terrein.




Van Hattum en Blankevoort zegt er zelf over:
Met klinkende cijfers heeft Van Hattum en Blankevoort (onderdeel van VolkerWessels) de aanbesteding voor de tijdelijke Dijksgrachtbrug in Amsterdam binnengehaald. De Gemeente Amsterdam waardeerde het EMVI-plan met een 9 en het interview met een 8 en was in haar rapport zeer te spreken over de helder gecommuniceerde en op maat gemaakte oplossing.
De tijdelijke brug verbindt de Dijksgracht met het Marineterrein, dat jarenlang het domein was van Defensie. De marine trekt zich langzaam terug uit het gebied en de Gemeente Amsterdam wil de twee stadsdelen zo snel mogelijk aan elkaar verbinden. De opdracht betreft een tijdelijke, beweegbare brug voor fiets- en voetgangersverkeer waarin de graadmeters ‘opleverdatum’ en ‘omgevingshinder’ een grote rol speelden. De prijs is van te voren vastgesteld. Het Europees voorzitterschap, dat in begin 2016 plaats gaat vinden op het Marineterrein, zorgt voor extra druk.

Meedenkende partner
Met de keuze voor een draaibrug die modulair wordt gebouwd en waarbij gebruik wordt gemaakt van nieuwe materialen (om het onderhoud te minimaliseren, de constructietijd te verkorten en een groot aantal risico’s te beheersen), bood Van Hattum en Blankevoort niet alleen het beste ontwerp aan, maar sloot ze ook het best aan bij de wensen van de gemeente. De slimme aanvoerroutes over water, de beloofde tests van de Centrale Object Bediening, slim partnerschap en een goed verzorgd risicobeheersplan namen de grootste pijnpunten in het dossier al weg. De belofte de omgeving actief te betrekken en zelfs deels te helpen met het aanleggen van een tuin, zorgden er verder voor dat de gemeente in Van Hattum en Blankevoort een betrouwbare, meedenkende partner zag.

Bij de aanbesteding dongen 5 partijen mee. De voorbereidingen beginnen in maart 2015, waarna in augustus met de bouw wordt begonnen.




zondag 7 juni 2015

NIEUWSTEDELIJKCENTRUM - studentenontwerp voor een nieuw Marineterrein (1)

Het eerste ontwerp van het studentenproject van Yale en Arcam waar ik eerder over sprak is dat van Miron Nawratil. Hij wil het huidige stadhuis / operahal (De Stopera) vervangen door nieuwe gebouwen op het Marineterrein. Hij is nogal rigoureus in het slopen van de bestaande bebouwing. Alleen het werfgebouw, de barakken aan de oostzijde en het marechaussee-gebouw blijven staan. Zelfs het schitterende depot van het Scheepvaartmuseum moet er aan geloven.
Wat ik wel erg origineel vind is de brede parkachtige brug over de ingang van de IJ-tunnel. Dit trekt het terrein rechtstreeks de stad in. Er blijft echter wel erg weinig echt park over in zijn plan. De grote gebouwen met een publieke functie zijn zeer beeldbepalend, maar de woonblokken zijn daarentegen erg saai en repeterend. Daarnaast ontwerpt hij een brede straat voor auto's dwars over het terrein die via een brug uitkomt op de Dijksgracht en dan via een tunnel onder het spoor bij het IJ uitkomt. Nog meer doorgaande autowegen in het centrum is niet echt een optie volgens mij...




NieuwStedelijkCentrum
Student: Miron Nawratil

The Marine Etablissement is the last “blank slate” site available for development in
central Amsterdam. Although an implied commercial development would be most
beneficial to parties involved, the question of urbanistically and civically responsible
development might be asked.
The NIEUWSTEDELIJKCENTRUM proposes to utilize the available site as a seat
for a new civic center which would include a relocated opera house and city hall as
well as existing institutions concentrated around the navy site – music conservatory,
central public library, NEMO Science Center museum, maritime museum and ARCAM
Amsterdam center for architecture. To achieve this goal, the site is subdivided into
two distinct zones – the civic waterfront and residential neighborhood – separated by
a public park buffer. The civic center, consisting of an opera house, ballet theater, city
hall and public waterfront faces historic Amsterdam and is connected to it through
a network of proposed boardwalk bridges. The residential neighborhood occupies
the northern half of the site providing a backdrop to the civic zone as well as link to
the existing residential neighborhoods bordering the eastern edge of the site. The
residential neighborhood layout is modeled on the historic character of Amsterdam’s
Canal Zone. Weaving, tree lined, streets linked by canals provide an intimate and parklike
environment.


Blogarchief